Rocky Mountains

Rocky Mountains.

Donderdagmorgen bijtijds op, nog een laatste blik op de prachtige beek in Nairn Falls en de Highway 17 op naar het Noorden. Getankt, gefourageerd en koffie gedronken in het mooie bergplaatsje Pemberton. Houten huizen, stationnetje, saloon enz.
Daarna ruim 350 km door een steeds weer imponerend landschap. Eerst bergachtig, met veel stijgen en dalen, prachtige meren en zwaar begroeide berghellingen, later door een brede vallei, langs grotendeels verlaten gouddelversdorpen, over smalle en later brede highway’s. Prima te rijden, alles is zeer goed aangegeven, het verkeersgedrag is prettig en de navigatie in de camper is haarzuiver. We lunchen ergens aan de oever van een meertje waar zeer bijzondere koralen blijken te groeien ( niets in het water gooien aub ) en vervolgen onze weg. Tegen half 5 zijn we op de geplande camperplek aan het mooie Dutch Lake bij Clearwater.
We eten heerlijk ( dank je Leo en An) in het restaurantje aan de oever. We zullen hier twee dagen blijven staan. Vrijdag is rustdag, wasdag, leesdag, een wandelingetje, een spelletje mahjong. Genieten van het mooie weer, de schildpadden in en bij het meer, twee slangen (tjes) op ons wandelpad, lekkere macaroni en weer op tijd in het uitschuifbed.
Zaterdag bijtijds op, watertanken, vuilwater lozen ( gaat heel wat makkelijker dan bij onze eigen camper) en dan op pad. Eerst het Wells Gray Provincial Park in.
We zijn voor half 10 op pad en gaan bij Clearwater het park in, een prachtige route, heuvelachtig, mooie uitzichten, mooie bermen, langs het startpunt van allerlei trails, ongeveer 48 km, een houten brug over de Dawson rivier, tot aan de Helmcken Falls, een waterval van meer dan 130 meter hoog, het water stroomt met donderend geweld...vervolgens langs de zelfde weg weer terug. Nog wat foto’s bij een mooie farm met saloon, paarden, een kerkje e.d.
In Clearwater weer getankt, om de 450 km wel nodig, weer wat proviand ingeslagen en de Highway 5 op richting Jasper. Halverwege weer een mooie lunchplek langs de Thomson River, na Valemount rechtsaf, de Highway 16 op en 13 km verder de volgende gereserveerde camperplek: Mount Robson Lodge. En opnieuw een schitterende plek aan de Fraser-river, met uitzicht op de besneeuwde hellingen van Mount Robson, met z’n ruim 3900 meter de hoogste top van de Rocky Mountains. De top blijft in de wolken, maar niettemin hebben we zittend aan de rivier, met een glaasje wijn in de hand een fenomenaal uitzicht. Het is fris, ongeveer 13 graden ( om 4 uur ) en daarna snel nog frisser, maar met een extra truitje aan ( en een sigaartje onder de neus) blijft het genieten. Het is alleen erg jammer dat we nergens meer een vuurtje mogen stoken, zeker hier. Maar goed te begrijpen als je onderweg de schade ziet van de bosbranden deze zomer. De regen van deze week is de eerste sinds tijden, gelukkig hebben we daar ook geen last van. Bijna de hele week droog gehad, zeker als we op de campings waren.
Vandaag Pizza uit de oven, de camper is voorzien van alle gemakken.
Zondagmorgen weer voor 9 uur op pad, we rijden door Mount Robsonpark en dan na een half uurtje British Columbia uit, Alberta in en de tijdgrens over, de klok een uurtje vooruit en het Jasper National Park in. Voor de Provinciale parken hoef je niet te betalen, maar nu moeten we voor 4-dagen 56 dollar in de Staatskas storten. Het park is prachtig en belooft veel dieren, daarover later.
We rijden eerst zo’n 100 km en komen aan in Jasper, een leuk vakantiedorp. Koffie - 4 badkuipen zwarte koffie - in de Montana-bar, waar men zich er over verbaast dat we om 11 uur ‘smorgens nog geen dikke hamburgers en vette friet bestellen, de meeste andere bezoekers doen dat wel.
In het dorpje schaft Leo zich een nog dikkere trui aan, want de 6 lagen kleding verwarmen hem nog niet genoeg. Het is buiten ongeveer 7 graden. Ook vullen we de wijnvoorrraad nog even aan en verbazen ons bij de spoorbaan over de enorm lange goederentreinen, 100 wagons is nog niets.
Onze weg vervolgt zich, eerst naar het noorden, tot Pocahontas, een werkelijk prachtig stuk natuur, hier zien we uiteindelijk een kudde Elken en een enkele Big Horn Sheep, we nemen de bergweg naar Miette Hot Springs ( 17 km) en net zo hard weer terug, de weg is mooi, maar bij de Springs is het een drukte van jewelste, geen parkeerplaats te vinden. We lunchen weer op een mooi plekje langs de weg.
Terug weer via Jasper ( even tanken) en nog ongeveer 17 km verder naar het zuiden, naar een heel mooie kampeerplek: Wabasso. We staan midden in het bos en voor 8 dollar krijgen we een stookvergunning en gratis stookhout. Dat betekent een heerlijk vuurtje, vlees bakken boven het houtskoolvuur en tot laat bij het vuur blijven zitten. Heerlijk.
Dan wordt het zomaar weer maandagmorgen en gaan we op pad, voor letterlijk en figuurlijk een van de hoogtepunten van onze reis: de Icefield Parkway van Jasper naar Banff, 230 km tussen de bergen, op grote hoogte. Er is vannacht ruim met de poedersuiker gestrooid, dus alle toppen liggen onder een laagje verse sneeuw. Het is zeer indrukwekkend en we kijken onze ogen uit. We maken tussenstop bij de Athabasca Falls en op het Columbia Icefield. Schitterende plekken, maar dus ook heel veel selfieproducerende Chinezen en Japanners. Ook de Amerikanen kunnen er wat van. We nemen de shuttle naar de glazen Skywalk over de kloof (300 meter) van de morene van de gletsjer. Dan ben je even geen reiziger, maar een toerist.
We vervolgen onze weg naar Lake Louise, volgens boekjes en horen zeggen een place to be...., maar wij waren er snel weer weg. Ja, het is er erg mooi, maar dat vinden duizenden anderen ook.
We vervolgen onze weg naar Banff, waar we op de Tunnel Mountain Road een kampeerplek vinden voor de komende twee nachten, terugkijkend op een vooral prachtige Camperrit.
En wat betreft het wild in het park, tja dat valt tot nu toe wat tegen, achtereenvolgens maken de afgelopen twee dagen, een arend, een vlucht wilde ganzen, veel kraaien en losse roofvogels, 1 klipgeit, 1 dode egel, een aantal squirrels, een raaf, de kudde Elken en het schaap met grote hoorns hun opwachting, maar het is minder dan we dachten, and the bear, bleef achter the Mountains.
Tot zo ver maar weer. Dinsdag een rustdag, woensdag richting de Verenigde Staten ( Yellowstone).